Sinds begin december 2018
kunnen Langere en Zwaardere Vrachtwagens een vergunning aanvragen om op het
goedgekeurde netwerk ritten uit te voeren. Tot dusver zijn 51 voertuigen
vergund en kunnen deze gebruik maken van het basisnetwerk en de reeds 30 goedgekeurde
aantakkingstrajecten. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams volksvertegenwoordiger
Marino Keulen (Open Vld) opvroeg aan bevoegd minister Weyts.
Voor Langere en Zwaardere Vrachtwagens (LZV’s) zijn ondertussen 30
aantakkingstrajecten goedgekeurd en nog eens 31 trajecten in beoordeling. In
juli is er een nieuwe aanvraagperiode en kunnen er nog eens maximaal 30
goedgekeurd worden. Deze komen bovenop het bestaande basisnetwerk voor LZV’s
dat voornamelijk bestaat uit autosnelwegen. Momenteel hebben 51 voertuigen een
vergunning om dit netwerk te gebruiken. “Op de korte tijd dat het mogelijk is
om een vergunning aan te vragen, sinds begin december 2018, is dit reeds een
behoorlijk aantal,” aldus Marino Keulen.
Goedkeuring aantakkingstrajecten
De aantakkingstrajecten dienen vooral om de LZV’s te leiden van het
bedrijf in kwestie naar de autosnelweg. Deze routes worden beoordeeld op basis
van veiligheid en geschiktheid om lange en zware vrachtwagens toe te laten. De
meeste routes die niet goedgekeurd worden, vallen af omwille van
infrastructurele problemen (bv. een te korte invoegstrook). Aangezien deze door
ruimtegebrek niet altijd opgelost kunnen worden, krijgen deze routes geen
goedkeuring. Indien er met een eenvoudige ingreep een mouw aan gepast kan
worden, wordt dit bekeken in samenspraak met het Agentschap Wegen en Verkeer
(AWV) en kan men nadien alsnog een aanvraag doen.
Voordelen van Langere en Zwaardere
Vrachtwagens
“Aangezien onze autosnelwegen kreunen onder de structurele files, bieden
LZV’s een kans om via gecombineerd vervoer meerdere vrachtwagens van de weg te
halen. Hiervoor zijn er echter voldoende aantakkingstrajecten noodzakelijk
zodat men vlot en veilig het bedrijventerrein in kwestie kan bereiken.
Aangezien de komende jaren nog vele bijkomende trajecten goedgekeurd zullen
worden, zie ik hier wel toekomst in. Ook vele bedrijven kijken met
belangstelling uit naar de evaluatie van de eerste maanden van LZV’s in de
praktijk om nadien toe te treden,” besluit Keulen.