#Persbericht Marino Keulen 01-10-2015#: “De enige juiste oplossing voor de sneltram is een onderhandelde oplossing”#

Vandaag heeft de gemeente Maastricht de resultaten van de variantenstudie voor de sneltram Hasselt-Maastricht bekend gemaakt. Door de gekende moeilijkheden met de Wilhelminabrug en de bijbehorende financiële meerkosten, heeft men ervoor gekozen om de tijdelijke eindhalte in Maastricht-West te leggen aan het Mosae Forum. Dit in tegenstelling tot eerder genomen engagementen om de sneltram van station tot station te laten rijden. Vlaams parlementslid Marino Keulen reageert: “Dit besluit hebben we spijtig genoeg zien aankomen en lag in de lijn van eerder gedane uitspraken. Ik roep minister Weyts dan ook op om overleg te plegen met de Nederlandse partners en te komen tot een onderhandelde oplossing. De toekomst van de interLimburgse mobiliteit hangt af van het Spartacusproject en we mogen dit kind niet met het badwater weggooien.”
Het uitgangspunt van het contract tussen de Vlaamse en Nederlandse partners dat men in 2014 ondertekent heeft is een sneltramverbinding van station tot station. “Pacta sunt servanda. Dit is contractueel vastgelegd en dient het uitgangspunt te blijven van een sneltramverbinding tussen Hasselt en Maastricht,” aldus Keulen.
Het contract stipuleert zeer duidelijk dat de sneltramverbinding van station tot station loopt en het Maastrichtse voorkeurstracé, over de Wilhelminabrug, is hierin opgenomen. Er staat evenwel ook in dat bij onvoorziene omstandigheden (zoals de meerkosten van 20 tot 40 miljoen euro om over de brug te geraken ) men overleg zal plegen om na te gaan hoe de overeenkomst op een aanvaardbare wijze, voor alle partijen, uitgevoerd kan worden. “Dit is uiteraard voer voor juristen en advocaten, maar ik hoop dat een juridische procedure niet nodig zal zijn en dat men er middels overleg uitkomt. Een onderhandelde oplossing verkies ik boven een onnodige juridische veldslag waarvan de uitkomst allerminst vaststaat,” stelt Marino Keulen.
“Spartacus lijn 1 is een noodzakelijk element voor de Limburgse mobiliteit en als dusdanig opgenomen in meerdere regeerakkoorden en het SALK. Verschillende diensten en lokale besturen werken al 11 jaar aan dit project en dit mag niet zomaar teniet gedaan worden. Gemeenten hebben reeds heel wat werk verzet en hier vele werkuren aan gespendeerd: inrichtingsplannen gemaakt, hoorzittingen georganiseerd, gemeenteraadsbeslissingen genomen … Bovendien hebben er reeds onteigeningen plaatsgevonden. De tellers staan niet op nul. Lijn 1 is in het stadium van uitvoering, waar lijnen 2 (Hasselt-Genk-Maasmechelen) en 3 (Hasselt-Neerpelt) zich nog in een beginfase situeren en een hele procedurele weg dienen af te leggen. Het zou niet serieus zijn om nu te stellen dat we overgaan tot de orde van de dag en beginnen met lijn 2. Finaal dient het volledige Spartacusproject er te komen, maar men dient de vooropgestelde volgorde wel te respecteren,” vervolgt Keulen.
Daar het contract uitgaat van het principe van overleg bij problemen, roept Keulen de minister dan ook op om te gaan praten met de Nederlandse partners en te komen tot een onderhandelde oplossing: “Indien de gemeente Maastricht kan garanderen dat de reiziger vanaf de tijdelijke eindhalte aan de Maasboulevard met een frequente bus tot aan het station kan geraken, slechts 900 meter in vogelvlucht, dan is dat een te overwegen optie. Uiteraard in afwachting van een definitieve tramverbinding tot aan het station van Maastricht.”
Uit cijfers die de gemeente Maastricht naar buiten bracht, blijkt dat de invloed op de vervoerswaarden minimaal zijn. Slechts 4% van de reizigers op een weekdag haakt af wanneer de sneltram niet tot aan het station zou rijden. Dit toont aan dat er voldoende potentieel is voor een tijdelijke eindhalte aan het Mosae Forum. “Minister Weyts heeft begin september in een krantenartikel aangekondigd dat hij een nieuwe kosten-batenanalyse zou laten uitvoeren wanneer het station niet de eindhalte werd. Ik wacht dan ook op deze analyse en stel voor dat dit meegenomen wordt in de overweging,” stelt de Limburgse liberale volksvertegenwoordiger.
“In het contract is geen compensatie voorzien bij eventuele niet-realisatie van het project. Het contract is een inspanningsverbintenis met een gezamenlijke risicobeheersing. Bijgevolg is het zaak om de geleverde inspanningen te laten renderen en eventuele afspraken vast te leggen om op een redelijke termijn de Maas over te steken tot aan het station,” stelt Keulen resoluut vast. In Nederland is men, evenals in België, bezig met het verhogen van bruggen over kanalen en bevaarbare waterlopen waar binnenvaart is. Dit om te voldoen aan de Europese richtlijn die stelt dat elke brug 9m10 dient te zijn en toelaat om schepen met vierlagen containers te laten passeren. “Op termijn dient ook de Wilhelminabrug verhoogd te worden en dit is een opportuniteit om als surplus de tramverbinding naar het station door te trekken,” pleit Keulen.
“Het is essentieel om te komen tot een onderhandelde oplossing en daarom roep ik minister Weyts ook op om te praten met de Nederlandse partners,” besluit Marino Keulen.


Dit heeft tot gevolg dat het totale budget voor de Nederlandse partners oploopt van de voorziene 62,5 miljoen euro naar circa 99 miljoen euro.

Meest Recente Posts

In de kijker

Contact

Hoe kan ik u helpen?

Heeft u vragen, opmerkingen of suggesties? Contacteer mij gerust.